gelijk

(doorverwezen van gelijk)
Zoekopdrachten gerelateerd aan gelijk: gelijk hebben
Vertalingen

gelijk

(xəˈlɛik)
zelfstandig naamwoord onzijdig meervoud
ongelijk wat waar of juist is
het juiste inzicht hebben
zeggen wat juist is
zeggen dat wat iemand zegt waar of rechtvaardig is
toegeven dat iemand de waarheid zegt

gelijk

(xəˈlɛik)
bijvoeglijk naamwoord
ongelijk hetzelfde of dezelfde Die plaatjes zijn precies gelijk.
iemand op dezelfde manier behandelen als hij of zij jou behandelt
het maakt mij niets uit

gelijk

gleich, eben, egal, flach, geläufig, glatt, zugleichequal, even, alike, smooth, allthesame, atthesametime, equally, flat, level, like, uniformégal, en même temps, lisse, plat, comme, uni, (tout) comme, à l'heure juste, égal (à), également, ensemble, identiquement, immédiatement, pareillement, raison, tout de suite, partoutδίκιο, ίσοςlevigare, netto, ugualeمُساوٍstejnýligeigualtasavertainenravnopravan等しい같은likrównyigualравныйjämbördigซึ่งเท่ากันeşitbằng nhau相等的 (xəˈlɛik)
bijwoord
1. op hetzelfde moment gelijk vertrekken
even snel gaan
2. meteen wakker worden en gelijk opstaan
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.