sport

Vertalingen

sport

Sport, Sprossesport, rungsport, échelon, degréŝtupetoesporte, desportoرِيَاضَةsportsportάθλημαdeporteurheilusportsportスポーツ스포츠idrettsportспортsportกีฬาspormôn thể thao体育Спорт體育ספורט (spɔrt)
zelfstandig naamwoord meervoud -en
1. lichamelijke activiteit voor je plezier of als beroep Zwemmen, voetballen, schaatsen en wielrennen zijn verschillende sporten. aan sport doen een denksport, zoals schaken
2. horizontale lat van een ladder een ladder met zeven sporten
Kernerman English Multilingual Dictionary © 2006-2013 K Dictionaries Ltd.
Collins Multilingual Translator © HarperCollins Publishers 2009