Huizenprijzen gaan weer door het dak in Nederland, zo bleek afgelopen week uit cijfers van makelaarsclub NVM. Dat is echter niet per se een gezonde ontwikkeling. Vooral voor starters op de woningmarkt zorgt dit voor grote problemen. Die moeten steeds meer eigen geld meebrengen om een een woning te kunnen kopen.

Gemiddeld steeg de prijs van koopwoningen in het tweede kwartaal van dit jaar met liefst 14 procent op jaarbasis. Vooral starters in het lagere segment kunnen hierdoor moeilijker een woning kopen, meldt de aanbieder van hypotheeksoftware HDN maandag.

Doorstromers die al een huis hebben, kunnen profiteren van de stijging van de waarde van hun oude huis bij het kopen van een nieuwe woning. Dat geldt echter niet voor starters. “Waar de meeste groepen afgelopen kwartaal minder eigen geld nodig hadden moesten deze starters bijna 10 procent meer inleggen, tot 42.000 euro”, schrijft HDN in het kwartaalbericht.

Gemiddeld hypotheekbedrag stijgt naar €360.000

Het totale aantal hypotheekaanvragen dat HDN voorbij zag komen in het tweede kwartaal van dit jaar kwam uit op 120.228, een plus van bijna 28 procent vergeleken met het tweede kwartaal van 2023.

Het gemiddelde hypotheekbedrag lag in het afgelopen kwartaal op 360.753 euro, een plus van bijna 10 procent vergeleken met het tweede kwartaal van 2023.

De stijging van het gemiddelde hypotheekbedrag met ongeveer 31.000 euro in een jaar tijd is fors. HDN merkt op dat dit niet alleen ligt aan kopers die hogere hypotheken nemen, maar ook aan zogenoemde oversluiters die niet verhuizen. "Door de gestegen woningwaardes lijkt er ook meer ruimte te komen binnen de niet-kopersmarkt om meer te lenen."

LEES OOK: Hoge huizenprijzen maken het voor jonge stellen met kinderwens lastiger om huis te kopen: dat drukt geboortecijfer, volgens nieuw onderzoek